De zeeschilder Hendrik Willem Mesdag
Hendrik Willem Mesdag (1831-1915) was een Nederlandse kunstschilder, aquarillist, etser en lithograaf. Hij is geboren in Groningen en was een zoon van de stijfselfabrikant, later bankier, Klaas Mesdag en Johanna Willemina van Giffen. Hij toonde al heel jong belangstelling voor tekenen en schilderen en zijn vroege leermeesters waren de heren C.B. Buijs en J.H. Egenberger, directeur van de Groningse Academie Minerva.

Mesdag was aanvankelijk werkzaam in het bankbedrijf van zijn vader. Het schilderen deed hij vanaf zijn jeugd in zijn vrije tijd, net als zijn vader, die amateurschilder was. Hij trouwde in 1856 met Sientje van Houten. Dankzij de erfenis van haar vader, die in 1864 overleed, ontstond plots de mogelijkheid dat hij zich volledig op de schilderkunst kon richten. Zodoende koos hij op 35-jarige leeftijd definitief voor het kunstenaarschap. Hij ging in de leer bij de Nederlandse schilder Willem Roelofs in Brussel.

Aangetrokken door de schoonheid van de zee, vestigde Mesdag zich in 1869 met zijn vrouw in Den Haag. Mesdag wist als geen ander de Noordzee in Scheveningen vast te leggen in een rijke schakering aan tonen. De weerstoestanden en ook de bedrijvigheid van de vissers liet hij hierbij niet onbelicht.
Zijn latere roem ten spijt, werd Mesdag aanvankelijk in Haagse kunstkringen beschouwd als een goedwillende amateur, maar Mesdag liet zich hierdoor niet afschrikken. Hij zond twee schilderijen in naar de in de kunstwereld toonaangevende Parijse Salon van 1870 en tot ieders verrassing werd Branding op de Noordzee (1870), een langwerpig schilderij dat uitsluitend de brekende golfslag van de Noordzee tot onderwerp had. Het werd bekroond met een gouden medaille. Mesdag stond nu zijn besluit vast, hij zou zeeschilder worden en huurde een atelier in Scheveningen, met uitzicht op zee. Vanwege zijn erkenning door de Parijse Salon werd de kunstenaar direct bekend in de binnen- en buitenlandse kunstwereld.

Mesdag kreeg in 1880 de opdracht van een Belgische firma voor het schilderen van het reusachtige Panorama Mesdag, een uitzicht vanaf het Seinpostduin over de zee, het strand, de duinen, het vissersdorp Scheveningen en Den Haag in het verschiet. Het is een rond schilderij en meet 14 bij 120 meter. Mesdag schilderde het met hulp van enkele andere kunstenaars van de Haagse School, onder wie George Hendrik Breitner, Théophile de Bock, Bernard Blommers en zijn vrouw Sientje Mesdag-van Houten. De Haagse School valt onder de stroming van het impressionisme.
Ook de kunstenaar zelf beschouwde het als zijn meesterwerk. Toen de Belgische firma failliet bleek te gaan kocht hij het terug en nam alle bijkomende kosten voor het behoud van het omvangrijke cilindervormige kunstwerk voor zijn rekening.

Het spectaculaire panorama is ook vandaag de dag nog te bezichtigen in Museum Mesdag in Den Haag, dat de kunstenaar samen met zijn vrouw Sientje oprichtte. Het is zeer de moeite waard. Het museum stelt de kunstwerken uit de verzameling van het echtpaar ten toon. Mesdag en zijn vrouw waren namelijk ook enthousiaste kunstverzamelaars. Buiten Frankrijk bezit het museum de meest complete collectie werken van de School van Barbizon, waar het impressionisme begonnen is in Zuid-Frankrijk.
Net als Jozef Israëls was Mesdag een sleutelfiguur binnen de Haagse School als het gaat om het leggen van buitenlandse contacten. Dit heeft bijgedragen aan de nationale en internationale waardering voor de Hollandse schilderkunst.

Mesdag verloor zijn vrouw Sientje in 1909. Zelf stierf hij in Den Haag op 10 juli 1915 op 84-jarige leeftijd. Hij werd begraven op Oud Eik en Duinen, in hetzelfde graf waar Sientje sinds 1909 ook al lag.
Mary van Loon